donderdag 30 juni 2022

Niets is wat het lijkt

Bij deze voel ik de behoefte om een Facebook impressie te corrigeren, of misschien alleen maar toe te lichten...
'Wat ben je lekker bezig.'
'Je loopt veel zeg.'
'Goed bezig joh.'
Allemaal waar maar nee, ik loop niet de hele wereld rond, ook al doen mijn foto's op Facebook anders vermoeden. Ik zal één voorbeeld toelichten.

Een paar maanden terug zag ik foto's van het Gasthuishofje en ik heb in mijn hoofd gezet dat ik dat wil zien. Dus ik besluit de bus en de trein en nog een trein te pakken richting Gasthuishofje. Ik hoop het deze keer 'in het echt' te tekenen. Ik heb het namelijk al eens van de computer nagetekend. Dus zoek ik de avond van tevoren uit wat ik echt nodig denk te hebben aan tekenspullen en vul mijn tas ermee.
Oh ja, het strand! Er is strand en vooral, er is zee! Eindelijk weer de zee zien. Joepie. Handdoek moet mee voor het geval dat. Ja, ik ben heel wat van plan.

De reis verloopt voorspoedig, goede aansluitingen overal en nog niet te warm. Tot mijn verbazing ook nog helemaal niet zo druk in de trein. Maar wel voel ik een zeurderige pijn in mijn rechter bilspier. Wat is dat nou weer, denk ik. Ik heb namelijk vaker last van vage en minder vage pijnen in mijn tenen, mijn voeten en in mijn benen. Sinds ik rond 2008 een vorm van Pfeifer kreeg doen mijn bovenbeenspieren niet meer echt wat ik graag zou willen, namelijk weer als een kievit opstaan uit hurkzit. maar ach, er zijn ergere dingen. Mijn tenen gaan me steeds vaker pijn doen. met name de tweede tenen, die naast mijn scheef groeiende grote tenen. Daardoor kan ik niet te lang en vooral niet te snel lopen, leerde ik door pijnlijke ervaring. Maar ook daar valt prima mee te leven. Wel een beetje frustrerend dat geen voeten therapeut of voeten-loog mij echt lijkt te kunnen helpen. Maar okee. Terug naar de reis.

Ik kom aan op het station aan de eind van de wereld. Wanneer je daar uitstapt en doorloopt lijkt de wereld op te houden - met een beetje fantasie- en loop je zo het water in. Het water, wat zeg ik nou. Je loopt er zo de zée in. Het is warm, mijn tas is groot en zwaar en mijn rechterbeen trekt op een vreemde manier. Maar ik bén er! Ik ga linksaf de trap op. Auw, dat gaat niet bepaald soepel zeg. Maar het gaat. Dan ga ik linksaf richting het oude centrum. Het wordt warmer, de zon schijnt fel aan de egaal blauwe hemel. Prachtig. Ik kan de verleiding toch niet weerstaan om even richting het water te lopen. Zo dichtbij de zee wil ik haar natuurlijk zien ook. Ja, ik herken haar. De zee. De zee uit mijn jeugd. Waarom ruikt het niet zout?
Ik ga verder en loop het oude dorp in. Het valt me op dat maar weinig mensen terug groeten. Misschien omdat ze hier maar tijdelijk zijn? Aan wie kan ik de weg vragen? Ik besluit het een paar bier lossende jongens te vragen en ik heb geluk. Eén van hen is hier bekend en stuurt me de goede kant op.

Het dorp bevat een rare mix van stijlen. Ik kom schattige straatjes en pleintjes tegen, maar ook oerlelijke gebouwen waar zo veel mogelijk toeristen in kunnen worden geduwd. Ik zie winkelstraten vol met typische strand gerelateerde winkels waar je volop ballen en zwierige jurken kunt kopen. En ik zie Giraudi. Giraudi waar menigeen speciaal voor naar dit dorp kwam, vroeger.Een ijsje bij Giraudi. Dat was een feest. Ik kijk melancholiek naar de vergane glorie. Ach ja, ik ben ook geen twaalf meer natuurlijk, en ik voel mijn pijnlijke been. Ik ben in de buurt. Gasthuisplein. Ik kijk rond of ik ergens wat kan drinken. Ik moet al naar het toilet sinds ik de trein in ging en hoop nu ergens te kunnen gaan. Ik zie dichte cafeetjes, een dichte coffeeshop en een terras dat er best leuk uitziet, maar ik loop nog even door. En dan zie ik het Gasthuishofje. De huisjes herken ik van de foto's op het internet. Zie ik het goed? Ja zowaar, dat is de poort die ik thuis heb nagetekend. Minder imposant in het echt. Voorzichtig open ik de poort en sta in het hofje. Er heerst een stilte als op een vroege zondagochtend. Ik wéet dat je hier mag rondkijken maar ik voel me opgelaten. Alsof ik in iemands tuin sta. Ik ga hier écht niet zitten tekenen!



 
 
Ik ben er en ik zie het met mijn eigen ogen. Ik proef de sfeer. Dat lukt niet vanaf een foto. Dat blijkt maar weer. Ben ik teleurgesteld? Ach, ik vind het eigenlijk verwonderlijk hoe ik een beeld maak aan de hand van foto's. Daar sta ik: bestemming bereikt. Ik heb het Gasthuishofje gezien en ik heb besloten dat ik er niet ga zitten tekenen.

Koffie! En een toilet. En even zitten. Stom been!
Ik loop nog even rond in het oude centrum en zie prachtige plekjes en doorkijkjes. Dan ga ik naar de boulevard. Ik wil natuurlijk nog wel de zee zien en hoop de oude strandsfeer uit mijn jeugd terug te vinden. Dat blijkt wat te veel gevraagd. Langzaam word ik moe en warm. Pijn in mijn been vermoeid me meer dan ik wil toegeven. Ik moet nog steeds plassen en ik wil even zitten. Ik ga in de schaduw op een bankje aan de boulevard zitten en kijk naar de zee. Ik zou mijn schoenen uit willen trekken en door het rulle zand willen lopen, maar ik ben warm en moe en mijn voeten doen zeer.
 
Ik loop richting het station en hoop onderweg nog een leuke plek tegen te komen voor koffie en een plas. Ik loop veel te ver door in de brandende zon. Het is zo'n negenentwintig graden, welke gek loopt daar op het heetst van de dag. Ik dus. Het is nog steeds vroeg op de dag, ik ga op het station naar het toilet. Koop in de kiosk een flesje groene drank en neem de trein. Misschien stap ik nog even uit in Haarlem. Mijn geboortestad en nu ik er toch zo dichtbij ben... maar ik kan niet meer, ben bekaf en mijn voeten en been doen zeer. Eeuwig zonde. 

En zo steek ik nog vroeg in de middag de sleutel in mijn voordeur. Ik ben weer thuis. Heerlijk, mijn schoenen uit en eindelijk een kop koffie. Mijn tekenspullen voor niets mee gesjouwd. Maar ja. Ik heb het toch maar gedaan. 
Zo zie je maar dat niets is wat het lijkt. Foto's liegen niet maar ze vertellen ook niet het hele verhaal.